Persoonlijk

Zorg voor je tuintje

Deze week precies 2 jaar geleden nam ik afscheid van een van de fijnste therapeuten die ik ooit heb gehad. Ze luisterde, begreep me en sloot op mijn behoeftes aan. Ze gebruikte veel metaforen in de therapieën, soms tot vervelens aan toe, maar het werkte wel voor mij. Bij elke fietsband, glazen bol of boekenkast schiet ik weer in de lach en denk ik er even aan: de dingen die mij helpen de wereld in een ander perspectief te zien. Maar een sprong er altijd uit en die hou ik wekelijks in mijn achterhoofd: mijn eigen tuintje.

Aan het einde van mijn deeltijdbehandeling in 2016 kreeg ik een kaart met verschillende plantjes erop. Toen was ‘mijn tuintje’ al benoemd. Een tuin vol onkruid, maar ook een paar zaadjes in de grond. En voor die zaadjes moet ik zorgen willen ze groeien. Ik wied het onkruid, ik besproei de zaadjes en plant soms nieuwe. In de hoop dat de nieuwe plantjes blijven groeien en mijn leven dragelijker wordt.

Dat tuintje vind ik nog erg lastig om voor te zorgen. Soms maakte ik ook de grap: ‘Maar ik ben een ramp in tuinieren.’ Maar tuinieren kun je leren, ook voor het tuintje in jouw hoofd. Ondertussen staat er voor mijn tuin een gigantisch bos bomen, waardoor ik niet goed voor mijn zaden kan zorgen, maar ik weet nu ook dat die bomen er eigenlijk al die tijd stonden, ik deed alleen alsof ze er niet waren. Nu ik dat weet richt ik me eerst op het bos doorlopen, voordat ik dan echt aan mijn tuintje kan beginnen.

Om het symbolische er toch in te houden totdat ik er zelf klaar voor ben, bedacht ik om een plantje te kopen die ik in die tijd zou laten groeien tot een grote plant. Maar toen ik in de winkel was, besefte ik me dat dat zielig voor de plant is: want als ik iets ga vergeten, is het water geven. Die optie streepte ik af, nu is nog niet het goede moment. Ik moet eerst beter over de dingen die ik moet kunnen nadenken. Daarmee lag het symbolische stil, wat ik soms best wel een beetje lastig vond, want ik wil de zaadjes die in de grond zitten, niet volledig laten sterven.

Afgelopen week liep ik in een executiewinkel in Utrecht en zag daar een aantal mini cactusjes. Geen echte, maar van die speelgoed-dingen die groeien als je ze water geeft. Daar stond ik dan, met een dikke grijns op mijn gezicht. Ik kocht drie mini-cactusjes en de vrouw achter de kassa keek me bijzonder vreemd aan toen ik ze afrekende.

Zo blij als een kind liep ik naar buiten, met de cactussen voorzichtig in mijn hand. Voordat ik ze in mijn tas stopte, keek ik er naar en dacht: ‘Ik zal je water geven en mezelf herinneren dat ik dan ook voor mezelf moet zorgen. En misschien volgend jaar, lukt het voor mezelf. En staat mijn tuintje misschien wel eindelijk in volle bloei!’

Join the discussion

  1. Femke

    Leuk stukje! Misschien kun je uiteindelijk over gaan schakelen naar een echte cactus, die hebben ook niet veel water nodig! Doe alles in kleine stapjes, het ga je goed.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.